Epidemioloog Gallo: ‘Onderzoek effecten pesticiden via noordelijk Lifelines programma’

Epidemioloog Valentina Gallo, werkzaam als epidemioloog bij Rijksuniversiteit Groningen, vindt dat er meer onderzoek moet komen naar de effecten van pesticiden op het menselijk lichaam. Dat zegt ze in gesprek met RTV Drenthe. Daarvoor wil ze het Lifelines programma gebruiken. In dit programma stellen meer dan 150.000 inwoners van Drenthe, Friesland en Groningen regelmatig gegevens en lichaamsmateriaal beschikbaar voor onderzoeksdoeleinden.

Onderzoek van de Wageningen Universiteit leidde eerder al tot het inzicht dat in urine van Nederlanders meer bestrijdingsmiddelen zitten dan bij inwoners van omringende landen. Nederland scoort dus het slechtst op deze lijst terwijl bij inwoners van Denemarken het laagste gehalte bestrijdingsmiddelen werd gevonden. Denemarken is een land met een relatief grote biologische landbouwsector maar onderzoekers kunnen nog niet zeggen of daar een oorzakelijk verband tussen ligt.

Hoewel meerdere onderzoekers waarschuwen voor de relatie tussen pesticiden gebruik en aandoeningen als de ziekte van Parkinson, is er aanvullend onderzoek nodig. Met behulp van Lifelines kan beter inzicht worden gekregen naar de effecten van pesticiden op het krijgen van Parkinson en op de ontwikkeling van kinderen, autisme en geestesziekten. Gallo hoopt snel met dit onderzoek te kunnen beginnen.

 

Nog geen duidelijkheid in Tweede Kamer over Wet dieren

Tijdens de behandeling van de Wet dieren en de voorstellen tot aanpassing van minister Adema met het oog op het amendement Vestering (Partij voor de Dieren), bleek dat er nog heel veel discussie is tussen en binnen partijen.  Het uitgangspunt van de PvdD, die het meest vergaande wijzigingen wil doorvoeren, is dat dieren zich niet moeten aanpassen aan stallen en dierenverblijven maar dat het juist andersom zou moeten. Het jaar 2040 is genoemd als moment waarop ingrijpender wijzigingen in voorschriften voor bijvoorbeeld stalinrichtingen een feit moeten zijn.

D66 en VVD willen graag ruimte geven aan de afspraken die worden gemaakt in het Convenant dierwaardige veehouderij. Deze afspraken zouden op termijn wettelijk geborgd moeten worden. Uiteindelijk willen ook D66 en VVD dat alle stallen in 2040 voldoen aan de normen voor dierwaardige veehouderij. D66 en VVD vinden dat de eerste Algemene Maatregelen van Bestuur (AMvB’s) die dit regelen er eind dit jaar moeten zijn. PvdD leider Esther Ouwehand heeft te weinig vertrouwen om meer aan de sector over te laten. Waarschijnlijk wordt volgende week gestemd over de wet.

 

Agroforestry Netwerk Utrecht werkt aan meer bos op landbouwbedrijven

De provincie Utrecht streeft naar de aanleg van meer bos in het landelijk gebied, op en rond akkerbouw. De doelstelling is om 300 hectare boslandbouw te realiseren, zo meldt Biojournaal. Er is dit jaar 250.000 euro beschikbaar voor de aanplant van bomen en struiken om boeren op weg te helpen met agroforestry. Agroforestry Netwerk Utrecht brengt provincie, agrariërs, gemeenten en waterschappen samen. Vanuit dit netwerk worden boeren gestimuleerd om meer bomen en struiken te planten, eventueel ook volgens het concept van voedselbossen. Vanuit het netwerk worden boeren ook geholpen aan relevante informatie over o.a. wet- en  regelgeving en beschikbare subsidieregelingen.

Bomen en struiken leveren een bijdrage aan de waterhuishouding en het bodemleven. Voor vee bieden ze daarnaast een beschutte plek, vooral tegen de zon in de warme periodes van het jaar. Bomen, boomwallen en struiken dragen ook bij aan de biodiversiteit en bieden voedingsstoffen (o.a. mineralen) aan het vee.

Tijdens de startbijeenkomst op 29 februari konden belangstellenden zich laten inspireren door eigenaren van voorbeeldbedrijven. Eén hiervan, biologisch melkveehouder Ron van Zandbrink in Stoutenburg vertelt in Biojournaal: “Ik heb gezocht naar een vorm van agroforestry die past bij ons bedrijf. We hebben voederhagen geplant, waar ons vee van kan eten. Het mooie is dat er in zo’n haag allerlei mineralen en voedingsstoffen zitten die goed zijn voor de gezondheid van de koeien.”

 

 

Minister presenteert voorstel dierwaardige veehouderij

Minister Adema van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft vrijdag in een Tweede Kamerbrief zijn plannen om te komen tot een meer dierwaardige dierhouderij gepresenteerd. De sectoren waar de vrijdag gepresenteerde maatregelen betrekking hebben zijn varkens, kippen, koeien en kalveren. Voor melkvee stelt de minister het volgende voor:

  • Er is per 2026 de mogelijkheid in de stal om dieren te kunnen afzonderen bij afkalven (minimaal visueel contact met koppel) en ziekte.
  • Koeien hebben per 2026 permanente toegang tot schoon water om te drinken (niet per se drinkwater), zowel in de stal als in de weide.
  • Er is per 2026 onbeperkte toegang tot ruwvoer van goede kwaliteit, passend bij de leeftijd en het lactatiestadium van de koe.
  • Koeien hebben per 2026 de mogelijkheid tot vachtverzorging, bijvoorbeeld door beschikbaarheid van voldoende koeborstels.
  • Per 2026 wordt langdurige pijnstilling bij onthoornen verplicht.
  • Er geldt per 2026 een verbod op de nieuwbouw van aanbindstallen

De volledige Kamerbrief van de minister leest u hier.

Tijdens de Biohuisdag was er aandacht voor het convenant dierwaardige veehouderij in de biologische sector, dat daags voor de brief van Adema nog in een rondetafelgesprek met de sector ins besproken. Belangrijkste strekking van de aanpak is te starten in de primaire sector waarna de rest van de keten vanzelf zal volgen. De goede voorbeelden en praktijken verdienen navolging. Knellende regelgeving, die vaak gebaseerd is op gangbare sectoren, moet worden geschrapt. Groei van de marktvraag en een gezond prijsniveau zijn ook hier nodig om kostenverhogende maatregelen gedekt te krijgen. Los daarvan zal er voor het uitvoeren van de plannen rond dierwaardigheid budget nodig zijn, vooral ook omdat niet alle maatregelen zich vertalen naar hogere opbrengsten. Zorg was er vanuit de aanwezigen over aspecten als veiligheid, bijvoorbeeld et betrekking tot stieren.

 

Artikel: Over misverstane causaliteit en collectieve onverantwoordelijkheid

Vorige week sprak voormalig Belgische VRT journaliste Siel Van der Donckt over haar ziekte van Parkinson-diagnose in het VRT-programma De afspraak. Pieter Leroy, emeritus hoogleraar milieubeleid aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, schreef vervolgens een artikel in De Morgen over de discussie die er speelt rond causaliteit, oftewel oorzaak-gevolg relatie, tussen ongezonde stoffen en de lichamelijke aandoeningen bij mensen. De strekking van zijn artikel: het niet aan kunnen tonen van een een-op-een relatie, tussen bijvoorbeeld asbest of roken en het krijgen van kanker of pesticiden en Parinkson, wordt ten onrechte wordt vertaald in het ontbreken van een relatie. Dan wel uit onwetendheid, dan wel uit het belang om deze relatie niet te laten bestaan, bij o.a. producenten of gebruikers van deze stoffen. Het artikel raakt de kern van waar de discussie rond het toestaan of verbieden van middelen op blijft hangen dus delen we het graag via deze link.

Bio melkveehouders nog in de race voor titel Agrarisch ondernemer van het jaar

Vandaag heeft de organisatie van de verkiezing Agrarisch ondernemer van het jaar de laatste vijf finalisten genomineerd. In deze selectieronde zijn de kandidaten beoordeeld door een vakjury. Beide biologische melkveebedrijven, Oosterhof in Foxwolde en Samsom in Wilnis, zijn nog in de race. De winnaar wordt op woensdag 27 maart bekend in De Basiliek te Veenendaal. Minister Adema van LNV. zal de winnaar huldigen. Iedereen kan tot uiterlijk dinsdag 26 maart zijn of haar stem uitbrengen.

Meer informatie over de vijf finalisten vindt u hier. Daar kunt u ook uw stem uitbrengen.

Minister Adema maakt GLB-premies bekend

Minister Adema heeft bekend gemaakt dat de GLB-basispremie wordt verlaagd. De premie gaat naar  € 171 per hectare. Dit was minimaal € 193 per hectare en maximaal € 221. Hiermee creëert de minister ruimte om budget te verschuiven naar de eco-regelingen. Afgelopen jaar was het budget niet toereikend om de premies van de eco-regelingen uit te keren en moest vanuit de LNV-begroting worden bijgepast.

Als het aantal deelnemers minder is of gelijk aan afgelopen jaar, lukt het om deze bedragen uit te keren, zegt Adema. Als er meer deelnemers zijn dreigt opnieuw een korting op deze bedragen. Minister Adema wil dit voor aankomend jaar opnieuw oplossen met extra nationaal geld als de Europese Commissie hiermee instemt. Voor de langere termijn wil hij de eisen voor de eco-regeling aanscherpen. Adema zegt voor 2025 en daarna nadrukkelijk te kijken naar de instapeisen. Het ministerie gaat ‘het ambitieniveau’ voor de eco-regeling de komende jaren stapsgewijs verhogen.

Adema heeft ook het definitieve bedrag voor de basispremie over afgelopen jaar bekendgemaakt. Dat is met € 213,28 iets hoger dan het in november genoemde minimumbedrag van € 207. De komende jaren wordt de basispremie steeds verder afgebouwd en verschuift het budget naar de eco-regeling. De basispremie die boeren per hectare krijgen, zou al  jaarlijks minder worden en de minister versnelt deze afbouw. Volgens het oorspronkelijke Nederlandse GLB-plan krijgen boeren in 2027 nog tussen € 150 en  € 179.

Provincie hoeft niet altijd op te treden tegen PAS melders

De Raad van State heeft bepaald dat provincies niet in alle gevallen hoeven op te treden tegen boerenbedrijven zonder stikstofvergunning. Wel vond de Raad dat de twee provincies (Overijssel en Utrecht) waar tegen Mobilisation for the Environment (MOB) de zaak had aangespannen, onvoldoende onderbouwd hebben waarom ze in sommige gevallen niet handhaven bij boeren zonder stikstofvergunning. In Nederland hebben ongeveer 2500 bedrijven geen stikstofvergunning. Die was niet nodig, omdat boeren met bijvoorbeeld uitbreidingsplannen slechts een melding in het Programma Aanpak Stikstof melding (PAS) bij de overheid hoefden te doen. Ze kregen tussen 2015 en 2019 een vrijstelling als de stikstofwaarde onder een bepaald niveau bleef.

De nieuwe uitspraak van de Raad van State geeft provincies tijdelijk (tot medio 2025) iets meer ruimte bij het optreden tegen de bedrijven. In sommige gevallen kunnen ze dus minder streng handhaven, echter alleen als ze kunnen “motiveren dat er een redelijk evenwicht is tussen de belangen van PAS-melders aan de ene kant en het natuurbelang aan de andere kant”, aldus de Raad.

 

Breed aanbod aan informatie en discussie op Biohuisdag

De Biohuisdag, gehouden op woensdag 28 februari in Kootwijkerbroek, bood een breed scala aan informatie en gespreksonderwerpen. Na de (besloten) ALV van Biohuis werd in een forum met Douwe Monsma (Stichting EKO-keurmerk), Henny van Rij (Ministerie van LNV), Erik-Jan van den Brink (Bionext) en Maurits Steverink (namens Regiegroep Opschaling ) over verschillende actuele zaken en en rond de sector gesproken.

Maurits Steverink zette uiteen waarom de Regiegroep Opschaling Biologische Zuivel en Vlees is opgericht. De ambitie om sterk te groeien (van 500 naar 2500 melkveebedrijven) gaat logischerwijze gepaard met uiteenlopende uitdagingen en hobbels. De Regiegroep is in het leven geroepen om die belemmeringen in de groei weg te nemen. Naast De Natuurweide zijn het ministerie van LNV, zuivelverwerkers als EKO Holland, Arla, Friesland Campina, koepelorganisaties als NZO (zuivel), COV (vlees) en CBL (levensmiddelen) en Bionext lid van deze groep. Zo weten zij elkaar snel te vinden. Het vergroten van de bekendheid van ‘biologisch’ (inclusief het Europese keurmerk) en het nadrukkelijker uitdragen van de waarde ervan, spelen ook een belangrijke rol. Maurits Steverink benadrukte nog maar eens dat voor de sector logische zaken als het niet gebruiken van kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen, nog wel degelijk aandacht vragen in de communicatie. Zowel in gangbare landbouwsectoren als bij ketenpartijen en consumenten, is dat nog lang niet altijd een bekend gegeven. Dat geldt ook voor de Aanvullende Normen, die onafhankelijk getoetst, zekerheid geven op gebied van onder andere nog uitgebreidere weidegang, dierenwelzijn en beperkt en gemonitord antibioticagebruik.

Douwe Monsma legde namens de Stichting EKO keurmerk uit dat het lastig is om steun vanuit overheden te krijgen voor het vergroten van de bekendheid. Aangezien het een privaat keurmerk is, gelden de (strenge) Europese regels rond marktstimulering en concurrentiebeperking. Dat werd bevestigd door Erik Jan van den Brink (van Bionext en lid van de Werkgroep Markt) over de rol die Bionext had willen vervullen bij de uitvoering van het Biologisch Actieplan. De keten zal hierin echter een trekkersrol moeten vervullen. Marktstimulering is alleen mogelijk zolang het binnen de Europese regels rond mededinging en staatssteun valt. Unaniem waren de forumleden van mening dat opschaling van het biologische volume aan de aanbodzijde alleen kan als er ook marktgroei is.

Henny van Rij van het ministerie van LNV legde uit dat zij en haar collega-teamleden, die zich bezig houden met de biologische landbouw, zich richten op faciliteren en ondersteunen door middel van geld, onderzoek en netwerkcontacten. Voor omschakeling en verduurzaming zijn meerdere regelingen beschikbaar. Groei van biologische landbouw moet, vanwege beperkingen in fysieke en milieu ruimte, komen uit omschakeling van gangbare bedrijven. Naar aanleiding van vragen uit de zaal legde ze uit dat in een werkgroep zich momenteel verdiept in ongewenste neveneffecten van het pachtbeleid. Dit speelt bijvoorbeeld als biologische pachtgronden de biologische status verliezen. Vanuit de aanwezigen werd nog maar eens benadrukt dat biologische landbouw van grote waarde kan zijn nabij Natura 2000-gebieden. Niet alleen vanwege de lagere emissies per hectare maar ook vanwege de rol in beheer en herstel van natuur.

 

 

Europese Parlement stemt in met natuurherstelwet

Het Europese Parlement heeft de natuurherstelwet goedgekeurd. De wet draagt lidstaten op om te werken aan herstel van natuur. Nadat het oorspronkelijke wetsontwerp van Frans Timmermans was aangepast en afgezwakt, stemde een meerderheid in het parlement er mee in. Zo werd een verbod op verdere verslechtering van natuur geschrapt. De harde percentages voor biodiversiteit op landbouwgrond zijn ook weggelaten. Wel is de doelstelling om drie miljard bomen te planten tot 2030 opgenomen in de wet.  Verder moeten obstakels in rivieren worden verwijderd zodat tot 2030 25.000 kilometer aan obstakelvrije waterweg ontstaat. Andere effecten van de natuurherstelwet voor land- en tuinbouw moeten nog duidelijk worden in de nabije toekomst.