Rapport Staat van Landbouw, Natuur en Voedsel gepubliceerd

Het rapport dat Wageningen University & Research en het Centraal Bureau voor de Statistiek hebben opgesteld geeft een overzicht van de huidige landbouw. Het aantal gecertificeerde biologische land- en tuinbouwbedrijven is met 1% gegroeid ten opzichte van 2022. Dat is de laagste groei sinds 2016. Het aandeel gecertificeerde biologische bedrijven in het totaal aantal bedrijven in de CBS-Landbouwtelling is toegenomen van 3,6% in 2022 tot 3,7% in 2023. Het aantal bedrijven dat gecertificeerd in omschakeling is in 2023, na een stijging in 2022, gedaald tot 427. Ook het aantal bedrijven dat niet-gecertificeerd in omschakeling is, nam in 2023 af tot 180 bedrijven. Een bedrijf kan zowel deels gecertificeerd biologisch zijn als deels gecertificeerd in omschakeling. De overgang naar een biologische bedrijfsvoering is namelijk ingrijpend en bedrijven kiezen er regelmatig voor om dat gefaseerd te doen. Het aandeel van voedingsmiddelen met een duurzaamheidskeurmerk staat onder druk door prijsstijgingen, staat in het rapport van WUR en CBS. Vorig jaar is dit aandeel licht gedaald, tot 18 procent. Dit is een trendbreuk met voorgaande jaren, waarin juist groei zichtbaar was.

Het areaal ‘biologisch’ zou in 2030 15% moeten zijn. Alleen de provincie Flevoland benadert dit percentage met 14,2%, In totaal zijn er nu 557 biologische melkveebedrijven. Friesland is koploper bij de biologische rundveestapel met 16.000 runderen, waarvan een kleine 10.000 voor de biologische melkproductie. De cijfers in het rapport onderschrijven dat de gewenste transitie in de landbouw niet zo snel verloopt als gewenst. Zie voor het gehele rapport Open overheid.

EU nog niet akkoord over gentech voedsel

De Europese ministers van Landbouw zijn het nog niet eens geworden over verruiming van de regels rond genetische bewerking van groente en fruit. De Europese Commissie is voor verruiming van de regels. Voorstanders van gentechnologie zien grote mogelijkheden in verruiming van de regelgeving als het gaat om weerbaarder maken van groente en fruit. Tegenstanders zijn bezorgd over het wegvallen van de keuze om wel of net bewerkt groente en fruit te kopen of te telen.

In de uitzending van Nieuwsuur legde Douwe Monsma, biologisch akkerbouwer en bestuurslid van Biohuis, uit waarom hij zich zorgen maakt over verruiming van de regelgeving.

Adema: geen afspraken over diervriendelijke stallen

Minister Adema heeft de Tweede Kamer in een brief laten weten dat het niet gelukt is afspraken te maken over ‘dierwaardige veehouderij’. De invoering van wetgeving, die regelt dat dieren niet mogen lijden door de manier waarop ze worden gehouden, vertraagt dus nog verder. Adema geeft aan dat het bij het wetsvoorstel aangenomen amendement moeilijk te handhaven is en tegenstellingen bevat. Als voorbeeld noemt hij de wens tot vrije uitloop, die niet samenvalt met de wens om besmettelijke dierziekten te bestrijden (door dieren binnen te houden). Daarnaast worstelen belangbehartigers met de belangen en wensen van hun achterbannen, zo meldt de NOS.

De biologische melkveehouderij heeft in Nederland al in de Aanvullende Normen opgenomen dat koeien een minimaal aantal uren weidegang moeten hebben en er gelden minimumeisen voor de ruimte en het comfort in de stal.

Skal webinar over risicobeheersplan

Met ingang van 2024 moeten biologische bedrijven een volledig en functionerend risicobeheersplan hebben. Hierover hebben we eerder bericht. Tijdens de Biokennisweek geeft Skal een online presentatie waarin wordt toegelicht waaraan een risicobeheersplan moet voldoen en hoe dit op te stellen. Zie voor meer informatie over tijd en toegang de website van de Biokennisweek.

Tweede Kamer: extra geld ter compensatie GLB

De Tweede Kamer wil dat minister Adema uit de landbouwbegroting extra geld beschikbaar maakt als aanvulling op de verlaagde GLB-premies. In de Kamer is onvrede over het feit dat boeren de gevraagde verduurzamingsstappen maken en vervolgens worden geconfronteerd met lagere premies dan toegezegd. Een meerderheid van Kamerleden stemde in met een motie van BBB om een vangnet vanuit de landbouwbegroting beschikbaar te maken. Behalve de (financiële) situatie van de boeren speelt ook het vertrouwen van de sector in de overheid een belangrijke rol in het steunen van de motie.

Minister Adema is in gesprek met de Europese Commissie over compensatie vanuit de landelijke landbouwbegroting. Hoewel aanvankelijk werd gedacht dat de Commissie hier niet mee in zou stemmen, lijkt er nu wel kans te zijn op EU- instemming voor een aanvulling op landelijk niveau.

Nieuwe Kamer wil snel debat over mestbeleid en GLB toeslagen

Nadat de nieuwe Tweede Kamerleden zijn geïnstalleerd hebben ze in grote meerderheid ingesteld met een debat op korte termijn over het mestbeleid en de GLB toeslagen. Een verzoek daartoe werd ingediend door BBB-fractievoorzitter Caroline van der Plas. In de afgelopen periode kreeg de sector zorgelijke boodschappen op zich af: verlaging van de aangekondigde GLB-toeslagen en de aanscherping van het mestbeleid. Beide maatregelen hebben een flinke impact voor de bedrijven die het betreft.

Het is nog maar de vraag of het debat nog voor het Kerstreces ingepland kan worden.  Een deel van de partijen wil sowieso graag eerst inhoudelijk bijgepraat worden in een zogenaamde technische briefing over de bemestingsnormen en de aanwijzing van Nutriënten Verontreinigde gebieden. Dee kans lijkt dus groter dat er pas in het nieuwe jaar over gedebatteerd zal worden door de Tweede Kamer.

Kabinet wijst NV-gebieden aan

Minister Adema heeft in een Kamerbrief bekend gemaakt welke gebieden door het kabinet worden aangewezen als zogenaamde ‘nutriënten verontreinigde gebieden’ (NV-gebieden). Deze aanwijzing volgt op de derogatiebeschikking die Nederland van de EU opgelegd heeft gekregen. In deze beschikking staat als voorwaarde dat Nederland de derogatie mag afbouwen in enkele jaren als er gebieden als NV-gebieden worden aangewezen. In deze gebieden moet de waterkwaliteit versneld worden verbeterd. Voor ongeveer de helft van Nederland geldt nu dat het NV-gebied is. Bedrijven in deze gebieden die gebruikmaken van derogatie, moeten de hoeveelheid extra dierlijke mest die zij mochten uitrijden versneld afbouwen en het gebruik van stikstof met 20% verlagen.

In grondwaterbeschermingsgebieden wordt de stikstofgebruiksnorm sneller verlaagd: met 10% in 2024 en met 20% in 2025. Vanaf 2024 mogen bedrijven die met minimaal 50% van hun perceel in een zone van 250 meter rond een Natura 2000-gebied liggen, geen derogatie meer aanvragen. Zie de Rijksoverheid website voor meer informatie. De volledige Kamerbrief van minister Adema leest u hier.

Mestproductieplafond vanaf 2024 in lijn met derogatiebeschikking

Minister Adema van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit wil de hoogte van het nationale mestproductieplafond vanaf 2023 in lijn brengen met de Europese derogatiebeschikking. Hij verwacht dat er geen maatregelen nodig zijn om onder het mestproductieplafond van 2024 te blijven. Voor 2025 zijn waarschijnlijk wel extra maatregelen nodig.

De minister wil voorkomen dat de mestproductie kan groeien door een tweetal maatregelen:

  • uitstel van actualisatie excretieforfaits voor melkvee en uitbreiding van de melkklassen
  • de fosfaatbank voorlopig niet openstellen

Deze maatregelen zijn waarschijnlijk niet genoeg om ervoor te zorgen dat Nederland vanaf 2025 onder het mestproductieplafond blijft. De nationale mestproductie moet in dat jaar namelijk met ongeveer 10% omlaag. Daarom kiest de minister voor extra maatregelen.

De minister wil de gevolgen van de maatregelen monitoren en kijken naar de effecten van de landelijke beëindigingsregelingen voor veehouderijen (Lbv en Lbv-plus). Hij laat weten dat het waarschijnlijk nodig is om vanaf 2025 het afromingspercentage bij overdracht van fosfaatrechten hoger te maken. De minister wil in gesprek gaan met de sectorpartijen over de hoogte van dit afromingspercentage.

De maatregelen raken vooral de melkveesector. Als het nodig is wil de minister nog andere extra maatregelen invoeren. Nederland is verplicht om de wet aan te passen aan de derogatiebeschikking. Daarom wil de minister de nieuwe, lagere mestproductieplafonds uiteindelijk vastleggen in de Meststoffenwet. Ook voor 2024 moet het mestproductieplafond in lijn zijn met de voorwaarden uit de derogatiebeschikking. Lees meer op de website van RVO. De volledige tekst van de Kamerbrief van minister Adema leest u hier.

Skal publiceert toezichtarrangementen

Jaarlijks stelt Skal voor alle aangesloten biologische bedrijven vast in welk toezichtarrangement zij worden ingedeeld. Het toezichtarrangement bepaalt hoe vaak een bedrijf geïnspecteerd wordt. Bij het inrichten van het toezichtmodel houdt Skal rekening met het risico op niet-conforme biologische producten. Lees meer over de toezichtarrangementen op de website van Skal.

 

GLB-subsidies vallen fors lager uit

De voorlopige bedragen voor de GLB-subsidies zijn bekend gemaakt. De definitieve bedragen worden in het voorjaar van 2024 vastgesteld. Door het grotere aantal boeren dat in aanmerking komt voor eco-regeling ‘goud’ en het grotere aantal hectares waarvoor subsidie is aangevraagd, dreigt het budget te worden overschreden, zo meldt RVO. Daarom zijn de voorlopig toegekende bedragen behoorlijk verlaagd. Dat leidt alom in de agrarische wereld tot teleurgestelde reacties. Het tarief voor de basispremie gaat van 221 euro naar 150 euro per hectare. Ook de aanvullende premies in de eco-regeling voor goud, zilver en brons vallen flink lager uit: goud van 200 naar 148 euro, zilver van 100 naar 74 euro en brons van 60 naar 44 euro. Deze bedragen zijn ook per hectare. Biologische boeren worden hierdoor hard geraakt. Bovendien druist deze verlaging in tegen het streven naar verduurzaming van de landbouw en toename van het biologisch areaal van 4 naar 15%.

De basispremie wordt in het voorjaar uitbetaald en de eco-regeling later in het jaar. Dat geldt ook voor de regeling voor jonge boeren die een vast bedrag van 2500 euro ontvangen (onafhankelijk van het aantal hectares). Zie voor meer informatie de website van RVO.