Slotbijeenkomst Biologisch voor het klimaat

In Zeewolde was de slotbijeenkomst van het project Biologisch voor het klimaat. In dit project, geleid door Bionext, keken vijf biologische melkveehouders op veenweidegrond, vijf biologische akkerbouwers en vijf biologische tuinders naar mogelijkheden om minder klimaatimpact te hebben door de CO2-emissies direct of indirect te verlagen. De grootste winst bij de akkerbouwers en de tuinders lag op elektrificatie van het machinepark. Voor de melkveehouders kwamen beperken van het aantal stuks jongvee, uitgebreidere weidegang, meer vers gras voeren, extensiveren (minder koeien en/of meer land) en het natter houden van de bodem als belangrijkste maatregelen naar voren. In de discussies bleek ook de behoefte aan uitgebreidere en betrouwbare data, zoals in de Pilot BioMonitor wordt opgepakt voor de biologische melkveehouderij.

Verder was in de bijeenkomst aandacht voor de gevolgen van de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD), waaraan grotere bedrijven moeten voldoen. Zijmoeten inzage geven in hun inspanningen om de klimaatimpact te verkleinen. Dit geldt voor hun eigen bedrijven maar ook met leveranciers en organisaties waarmee zij samenwerken in de keten. Daarmee krijgt dus ook de biologische primaire sector en verwerkers en verkopers van biologische voeding te maken met deze verplichting. Naast het verschaffen van extra inzicht aan afnemers biedt het ook de kans de waarde van ‘biologisch’ zichtbaarder te maken. Door de keuze voor biologische producten draagt een bedrijf immers bij aan het beperken van negatieve klimaatimpact. Ook zijn bedrijven op zoek naar mogelijkheden om hun klimaatimpact te compenseren door middelen beschikbaar te stellen aan initiatieven die goed uitwerken op het klimaat, de natuur, biodiversiteit en dierenwelzijn.