Het weidevogelseizoen is dit jaar minder goed verlopen dan vorig jaar, zo is te lezen op Ekoland. Het aantal nesten nam toe maar er zijn minder jonge vogels groot geworden. De oorzaken hiervoor zijn (volgens boeren, vrijwilligers en wildbeheerders) het natte voorjaar en predatie. Meer nesten werden vooral gezien van de grutto, tureluur, scholekster, kievit, veldleeuwerik en patrijs. Er waren minder wulpennesten. Opvallend was dat in Friesland veel minder kievitsnesten waren (min 41%). De scholekster en de grutto deden het daar ook minder goed.
De predatoren die als oorzaak voor het minder goede weidevogeljaar worden aangewezen zijn de kiekendief, kraaiachtigen en de vos. Door het natte voorjaar waren er minder muizen waardoor predatoren kuikens als alternatief kozen. Uit het onderzoek bleek ook dat boeren iets positiever zijn over het aantal gevonden nesten dan vrijwilligers en wildbeheerders. Communicatie blijft een belangrijk aspect. Bij respondenten die vonden dat het een beter weidevogeljaar was, werd communicatie tussen boeren, loonwerkers en vrijwilligers beter beoordeeld.