Wij.land heeft een nieuwe rapportage gepresenteerd in het kader van het onderzoek ‘Onder de streep’. Nadat eerder inzicht is gegeven in de cijfers van 13 natuurinclusieve en biologische melkveehouders bij de start van het onderzoek zijn nu cijfers van 88 bedrijven beschikbaar. Opvallend is dat het inkomen van biologische en extensieve bedrijven minder schommelt dan het inkomen van intensieve bedrijven. Doordat biologische en extensieve bedrijven minder gebruik maken van externe inputs en vaker aanvullende inkomsten hebben uit neventakken of natuurbeheer zijn ze minder gevoelig voor kostenstijgingen of onrustige markten.
Uit de data blijkt een duidelijke relatie tussen intensiteit en natuurinclusieve prestaties. Extensieve bedrijven scoren gemiddeld beter op indicatoren als aandeel natuurland, ammoniakuitstoot, weidegang en gebruik van kunstmest. Deze bedrijven voeren minder krachtvoer, sluiten meer en zwaardere beheerpakketten af. Extensieve bedrijven besparen in vergelijking met intensieve bedrijven op krachtvoer en maken meer gebruik van kruidenrijk grasland. Niet alle bedrijven kunnen een extensieve bedrijfsstrategie kiezen. Beschikbaarheid van betaalbare grond en wel of geen toegang tot ANLb pakketten die afhankelijk is van de locatie zijn belangrijke factoren die hier een bepalende rol in kunnen spelen. Activiteiten in de korte keten is ook niet voor ieder bedrijf haalbaar en lucratief. Nabijheid van steden of grotere kernen is hierbij van invloed. Zo heeft in het westen van Nederland 58% van de bedrijven een neventak met verkoop aan huis. In het oosten en noorden van Nederland ligt dit percentage aanzienlijk lager.